Uiterlijk is er niets op aan te merken. Op die nieuwe Jumbo-vestiging in Vlissingen-Paauwenburg. Maar ergens lijkt er iets te ontbreken. Jumbo wil winnen. Maar wint het ook de harten van de buurtbewoners? Onze blogger Sjaak Vane heeft heimwee naar de Emté.
Door Sjaak Vane
Op het eerste gezicht doen ze alles goed. De opening is veelbelovend. Met gratis appeltaart, een bos bloemen en een vrolijk Koos Konijndeuntje. De colberts zijn allemaal naar Vlissingen afgereisd. De mannen en een enkele vrouw, van het hoofdkantoor kijken met enige trots hoe de buurtbewoners naar binnenstromen. Zelfs de Jumbo-hoofdman is langsgekomen.
Enkele dagen later spreek ik Cor aan. Hij is enthousiast over de nieuwe slagersapparatuur. Ik tel vijf keer het Jumbo logo op zijn bedrijfskleding. Als de baas voorbijloopt kijkt hij schichtig op en gaat verder met het bijvullen van de biefstuk tartaar. Een ander personeelslid vertelt me dat ze een soort peptalk hebben gehad. Emile Ratelband, grapt de medewerker - die anoniem wil blijven. Bij die ingedutte Emté medewerkers wordt nadrukkelijk het Jumbo DNA ingebracht. Zelfs de vakkenvullers moeten weten dat ze niet zomaar in een winkel werken, maar deel zijn van de Jumbo familie. En daar staat klantgerichtheid voorop.
Wie zijn wenkbrauwen optrekt, haakt vanzelf af. Jumbo wil winnen. Mijn anonieme bron vertelt me dat niet Albert Heijn, maar Jumbo op dit moment eigenlijk al de grootste is. Niet wat aantal vestigingen betreft, maar als je kijkt naar het vloeroppervlak.
Wat is er mis met een strak format? Meestal door de mensen aan de top 'een sterke bedrijfscultuur' genoemd. Wat is er mis met medewerkers die op afroep de elevator pitch van het bedrijf kunnen ophoesten? Die overtuigd zijn van hun waarde en trots zijn op het merk waar ze voor werken? Mijn vertrouwde kassamedewerkster noemt het woord waar ik naar zoek. Gemoedelijk. Ja dat is het. Een soort gemoedelijkheid die ontbreekt in de competitie-cultuur die Jumbo vormgeeft. Op hun website beweert het Veghelse bedrijf dat ze een familie zijn. Blijkbaar is er in die familie weinig ruimte voor eigen invulling. De naam van de eigenaar prijkt dan nog wel op de winkel, maar dat is het dan wel zo'n beetje.
Voor Cor is dit al de derde bedrijfsovername. Eerst werd het Golff, toen Emté en nu dus Jumbo. Misschien kun je ook teveel aanwezig zijn. Jumbo en andere bedrijven die zich zo nadrukkelijk als winnaars in de markt zetten, hebben iets van die vriend waar je liever geen potje mens-erger-je-niet meespeelt. Iemand die altijd wil winnen en erg overtuigd is van zijn eigen succes is op feestjes niet de leukste gesprekspartner.
De supermarkt is geen buurtplek meer. Misschien komt dat nog, als we er meer aan gewend zijn? Mijn overbuurvrouw moppert dat de schappen veel te hoog zijn. ,,Ik kan niet bij de tandenborstels''. Maar verder ziet alles er prima uit. En dezelfde sympathieke eigenaar en zijn even sympathieke zoon lopen er nog rond. 'Vader' heet deze ondernemersfamilie. En ze hebben principes. Met biddag en dankdag blijft de zaak dicht. Er is meer dan geld verdienen alleen.
Dus wat zeur ik nou? Toch voel ik me minder thuis. Misschien is het die oude boekenkast die bij de uitgang stond. Waar je boeken kon pakken en neerzetten. Of die beetje rommelige balie waarachter het personeel zelf teksten had opgeplakt. 'Wie denkt dat domme vragen niet bestaan, heeft nooit bij de klantenservice gewerkt'. En meer van dat soort humor.
Misschien is het juist dat rommelige dat het meer ongedwongen maakt. Personeel dat zich thuis voelt omdat het een accent geeft aan de eigen werkplek. Is familie niet juist een groep waar je met al je gebreken welkom bent? Waar je niets hoeft op te houden? Tenslotte heeft ieder familielid niet alleen een gedeeld DNA, maar ook zijn eigen kenmerken.
Sjaak Vane is cultuurfilosoof en coach. Momenteel legt hij de laatste hand aan een studie over de filosofie achter zelfsturing en bedrijfscultuur.
FOTO JUMBO (niet in Vlissingen)
By accepting you will be accessing a service provided by a third-party external to https://www.candidplatform.com/